‘Een man een man. Een woord een woord’, een gezegde dat bij veel agrarische ondernemers bekend in de oren zal klinken. Zo was het ook het geval tussen twee oudere agrariërs die reeds jarenlang een afspraak hadden over gepachte grond.
In dit geval ging het om de verpachting van 17,5 ha landbouwgrond door ‘verpachter’ aan ‘pachter’ die de landbouwgrond vooral in gebruik had als noodzakelijk grasland voor zijn veehouderij van koeien en een deel schapen.
Dezelfde pachter had een deel van de gepachte gronden onderverpacht aan een bloembollenteler. Een situatie die voor geen problemen zorgde, totdat er een bedrijfsoverdracht plaatsvond bij zowel verpachter als pachter.
De zoon van de verpachter kwam er namelijk achter dat pachter een deel van de gronden had doorverpacht, zonder dat daarvan officieel iets is vastgelegd. Hoewel het niet helemaal duidelijk is waarom de verpachter er ineens een probleem van maakt, kan het te maken hebben met het feit dat de bloembollenteler een hoger bedrag betaalt aan de doorverpachter. De zoon van de verpachter kan dus bedacht hebben dat hij beter rechtstreeks zijn grond aan de bloembollenteler kan verpachten.
De zoon van de verpachter wil de pachtovereenkomst laten ontbinden vanwege het onrechtmatig gebruik van de pachtgronden. De pachter (inmiddels ook de zoon van…) beroept zich op de stilzwijgende afspraak (en goedkeuring) die al vele jaren loopt.
Het hof was er duidelijk over. Gezien de pachtrelatie van 60 jaar, vond het hof dat er geen sprake was van moedwillige of welbewuste onderverpachting. Bovendien is pachter gestopt met het doorverpachten waardoor blijk van goede intenties duidelijk is.
Ook onderstreept het Hof nog maar eens de wijze waarop de vaders (verpachter en pachter) elkaar jaarlijks spraken over het pachtcontract. “Een idee dat navolging verdient”, aldus het Hof.
Tenslotte heeft het Hof in de afweging meegenomen dat een ontbinding van de pachtrelatie, het bedrijf van pachter in grote problemen brengt, vanwege de noodzaak om voldoende grasland te hebben.
Het Hof heeft wel geadviseerd om de pachtrelatie te formaliseren en er bij de pachter op aangedrongen dat wanneer in de toekomst onderverpachting overwogen wordt, daarvoor dus een schriftelijke toestemming nodig is.