Een directeur-grootaandeelhouder (DGA) die alle aandelen in een bv bezit, is bijvoorbeeld naar Spanje geëmigreerd. Vervolgens heeft de inspecteur een conserverende aanslag inkomstenbelasting opgelegd. Dit is een aanslag waarin wordt vastgelegd welk bedrag aan dividendbelasting verschuldigd zou zijn als de totale winst van de bv aan de aandeelhouder wordt uitgekeerd. De directeur heeft uitstel van betaling gekregen voor deze aanslag. Dit uitstel wordt onder andere beëindigd als er dividend wordt uitgekeerd.


In dit geval is er twee jaar na de emigratie dividend uitgekeerd, waardoor het uitstel van betaling voor de conserverende aanslag deels is beëindigd.
Op grond van het belastingverdrag tussen Nederland en Spanje mag Nederland niet meer dan 15% heffen over dividenden die worden uitgekeerd door een in Nederland gevestigde vennootschap aan een inwoner van Spanje.
Mag Nederland meer dan 15% heffen over de dividenduitkering?
Het antwoord is helaas ja. Stel dat een aandeelhouder in Nederland bij een dividenduitkering 25% dividendbelasting betaalt, waarvan 15% via inhouding door de bv en 10% via de aangifte inkomstenbelasting. Als het tarief voor dividendbelasting in Spanje 23% bedraagt, mag Spanje volgens het belastingverdrag 8% extra heffen. Dit komt samen op een totaal van 23%, wat nog steeds lager is dan het Nederlandse tarief van 25%. Daardoor mag Nederland nog 2% belasting vorderen van de directeur. De in Nederland betaalde belasting wordt in mindering gebracht op de conserverende aanslag.
Is dit in strijd met het belastingverdrag met Spanje?
Volgens een uitspraak van de Hoge Raad is de heffing van 2% belasting niet in strijd met het verdrag. Dit komt doordat het niet daadwerkelijk gaat om het innen van dividendbelasting, maar om het aflossen van een bestaande belastingschuld.
Voor meer informatie kun je contact opnemen met jouw belastingadviseur.