Volgens bemiddelaar en overnameplatform Brookz zijn Nederlandse bedrijven een stuk minder waard dan hun branchegenoten in het buitenland. Terwijl de gemiddelde overnameprijs in Nederland uitkomt op een EBITDA-multiple van 4,85, ligt dat bij bedrijven in Duitsland en Zwitserland zelfs op 5,8. Voor de goede orde, EBITDA (Earnings Before Intrest Taxes and Amortisation, ofwel de winst voor aftrek van rente, belastingen en afschrijvingen) zou je kunnen uitleggen als de operationele winst.
Het verschil in waarde heeft vooral te maken met de schaalbaarheid. Nederland is een relatief kleine markt met een evenredig klein taalgebied. Landen als Duitsland, Frankrijk en Engeland zijn markten waarin het gemakkelijker is om op te schalen. Overigens geldt dat dus ook voor een land als Zwitserland, dankzij de (onder andere) Duitse taal.
Binnen bepaalde branches zijn er ook verschillen waarneembaar. Zo worden IT bedrijven bijvoorbeeld hoger gewaardeerd dan traditionele productiebedrijven. Maar ook hier is het verschil met het buitenland significant. Een IT bedrijf in Nederland kan rekenen op een gemiddelde waardering van 6,6 keer de operationele winst, terwijl eenzelfde bedrijf in Duitsland kan rekenen op een waardering van 8,5 keer de operationele winst.
Het kan dan ook interessant zijn voor Nederlandse bedrijven om bij verkoopintenties ook te kijken naar buitenlandse overnamekandidaten.